Heet het he gets, ook al staat het voor je? Kunnen we niet gewoon zeggen you?
Antwoord van de moedertaalspreker
Rebecca
In deze scène staat Chandler voor Janice en Janice wijst iedereen in de kamer erop dat Chandler zich schaamt. Daarom heb ik het over Chandler, niet over Chandler, dus het is niet you, het is he. Voorbeeld: He gets so cranky when he's hungry. (Hij voelt zich slecht als hij honger heeft.) Voorbeeld: You get so cranky when you're hungry. (Je voelt je slecht als je honger hebt.) Voorbeeld: She always gets everything she wants. (Ze krijgt altijd te pakken wat ze wil.) Voorbeeld: You always get everything you want. (Je krijgt altijd wat je wilt.)