Ik weet niet zeker wanneer ik all ofmoet gebruiken en wanneer ik allmoet gebruiken. Wat is het verschil tussen de twee?
Antwoord van de moedertaalspreker
Rebecca
Allen all ofverwijzen beide naar de hoeveelheid van een object, dus ze kunnen in principe als hetzelfde worden gezien. Het gaat bijvoorbeeld niet alleen om een all studentsof een every studentsof een paar studenten, maar om de hele studentenpopulatie. Afhankelijk van de situatie is het echter noodzakelijk om onderscheid te maken tussen deze twee uitdrukkingen. Allereerst wordt all ofgekenmerkt door het gebruik in combinatie met persoonlijke voornaamwoorden, zoals me, you, us, them, whom, which , of relationele voornaamwoorden. Voorbeeld: All of you were late to class. (Jullie zijn allemaal te laat voor de les.) Voorbeeld: These are my students, all of whom were late. (Dit zijn mijn studenten, ze zijn allemaal te laat). Bovendien kunnen allen all ofworden gebruikt wanneer het volgende woord dat volgt een kwalificatie is, zoals een kwalificatie (the, this, that, these, those, my, his, her, your, our, their). Voorbeeld: All of the students overslept. (Alle leerlingen hebben zich verslapen.) = > Alle leerlingen hebben zich verslapen Voorbeeld: The students lost all of their homework. (leerlingen zijn al hun huiswerk kwijt) => leerlingen zijn al hun huiswerk kwijt. En allkan alleen worden gebruikt als het volgende woord dat volgt leidt tot de hele verzameling, d.w.z. een meervoudig zelfstandig naamwoord of een ontelbaar zelfstandig naamwoord. Voorbeeld: All water is wet. (al het water is vochtig) Voorbeeld: All cats are lazy. (Alle katten zijn lui)